
Gisteren reed ik met Raoul naar de supermarkt in Verdun. (Hij vindt het leuk om mee te gaan om in de supermarkt te kijken naar headsets en toetsenborden die hij niet kan kopen.) Onderweg stopte ik een paar keer om foto’s te maken van landschappen en ik vroeg mijn insta son* om af en toe een foto te maken van mij terwijl ik foto’s maakte. Zo, sta ik er ook weer eens op dacht ik.
* Ken je het fenomeen insta husband? Nee? Kijk hier dan maar even.
Terwijl mijn gezin – vooral de kinderen, ik geef het toe – elke dag gefotografeerd worden sta ik zelf niet vaak op de foto. Ik vind dat erg en niet erg. Erg want: als iemand later door onze familiefoto’s zou bladeren, vraagt diegene zich misschien wel af of mijn kinderen wel een moeder hadden. Of misschien iets minder dramatisch, of die moeder wel mee was op vakantie.
Dus soms vraag ik manlief – of nu dus zoonlief – om mij ook eens te kieken. Ik vind dat heel stom en voel me tijdens ook heel stom. Maar ja, ik kom in ieder geval weer eens op de foto.
Daarna komt dan het moment dat ik het niet zo erg vind om niet vaak op de foto te staan. Want ik vind de foto’s vaak een beetje schrikken. Ik denk altijd, zie ik er echt zo uit? Ben ik dat? Mijn zelfbeeld klopt blijkbaar niet helemaal. Misschien moet ik nog vaker op de foto om dat zelfbeeld bij te stellen en kloppend te maken.
Anyway, ik kwam er ook weer eens achter dat ik geen landschapsfotograaf ben. Wel een mensen fotograaf gelukkig. Want later zette ik mijn kinderen nog op strobalen en schoot mooie plaatjes. En ik maakte een zelfportret voor mijn instagramloop fotografen groepje #instaloopwithme. Ja zo sta ik er toch weer op, zij het niet op de spontane vakantiekiek manier.
Tot morgen!
