Een beetje wijsheid – stukje #020

 

Wijsheid is een beetje minder treuren om het verleden, een beetje minder hopen op de toekomst, en een beetje meer het heden liefhebben.

– SENECA

Ik heb het heden lief. Echt heel erg. Maar…

Ik treur ook om het verleden, ik kan het niet laten. Ik treur omdat het voorbij is. Omdat een deel van de hoofdrolspelers uit dat verleden er niet meer zijn om de herinneringen mee te delen. 

Bij bijna alles wat ik doe denk ik aan hoe mijn ouders dat vroeger gedaan zouden hebben. Misschien omdat ik het niet kan vragen zijn juist dat mijn grootste vragen.

Ik treur omdat het verleden zo onherroepelijk in het verleden ligt. Dat vind ik moeilijk. En terwijl ik treur om mijn eigen verleden doe ik dat ook vast om het nu dat ooit het verleden van mijn kinderen zal zijn. Dat kan niet goed zijn.

Maar het verleden drijft steeds verder van ons weg. Het verleden verwordt steeds meer tot alleen nog maar een vage herinnering. Vage herinnering verworden tot geen enkele herinnering.

Ik maak oneindig veel foto’s om in de toekomst weer terug te kunnen naar het verleden. Als een wanhopige poging om het nu vast te houden. Terwijl dat niet hoeft, niet moet.

Het kan niet, want dan kunnen we ook in de toekomst alleen nog maar met het verleden bezig zijn als we alles wat we vast hebben gehouden willen herbeleven. We moeten dingen vergeten, dat kan niet anders.

Maar vanuit mijn heden blijf ik lijntjes maken naar het verleden. En lijntjes naar de toekomst. Lijntjes van het verleden naar de toekomst en weer terug naar het verleden. Alsof die twee belangrijker zijn dan het nu.

De toekomst komt zo snel dichterbij. De jeugd van de kinderen raast nu al voorbij.  De kinderen hebben nu de leeftijden die ik van mezelf nog kan herinneren. Deze tijd zullen zij zich later ook kunnen herinneren. Doen we het wel goed? Halen we – halen ze –  er wel alles uit wat er mogelijk is? Het kan niet over, er is maar één kans.

Staan ze daar wel bij stil? Moeten ze daar wel bij stil staan? Moet ik daar wel bij stil staan?

Had ik zelf meer stil moeten staan vroeger? Toen ik kind was? Puber was? Mijn jaren als student en daarna? 

Ik besef ook dat juist nu de toekomst al is. Want zonder nu is er geen toekomst. Elke minuut die volgt ligt in de toekomst en die minuut is zo dichtbij dat het ook het nu is.

Geef een reactie